Je herkent het waarschijnlijk wel: er ligt al dagen, of misschien wel weken, een vervelend klusje op je te wachten. Je weet dat je er uiteindelijk aan moet beginnen, maar toch stel je het altijd uit. Het is niet zozeer dat je de taak niet wil doen, vaak is het probleem dat je niet weet hoe je moet stoppen met uitstellen. Uitstelgedrag, wat kan je ertegen doen? Met deze tips stel jij niet langer uit!
1. Uitstelgedrag: doe het vervelendste klusje eerst
Het klinkt misschien ontmoedigend, maar de beste manier om je uitstelgedrag te voorkomen is om het vervelendste klusje eerst te doen. Een mens heeft namelijk maar een beperkte hoeveelheid concentratie en wilskracht. Wanneer je eerst alle kleine en leuke taken gaat doen, dan blijven de grote en vervelende taken alsnog liggen. Daarom doe je beter de moeilijkste taak eerst omdat je nog veel energie hebt en geconcentreerd bent. Bovendien zal je je ook beter kunnen focussen op de taken die daarna volgen omdat je het vervelendste klusje al achter de rug hebt.
2. Vermijd alle afleidingen
Vermijd urenlang nutteloos scrollen op het internet. Stop met het bekijken van je e-mails en hou op met het checken van je social media. Kortom: vermijd alle afleidingen waardoor je concentratie afdwaalt. Wanneer je je echt moet focussen op een belangrijke taak, leg je telefoon dan even in een andere ruimte. Zo is je taak sneller afgerond en kan je daarna heerlijk ontspannen.
3. Zoek naar jouw beste werkomgeving
Uitstelgedrag verschilt van persoon tot persoon, en dus ook de voorkeur voor een bepaalde werkplek. De één vindt het prettig om in een overvol kantoor te werken, terwijl de ander het liefst in een groene kantoorinrichting werkt. De één werkt graag met muziek op de achtergrond, bij de ander moet het muisstil zijn. Zoek een omgeving waarin jij het minste uitstelgedrag vertoont. Probeer verschillende plekken uit en zoek uit waar je het beste werkt.
4. Stel doelen
Door doelen te stellen, zal je minder snel uitstelgedrag vertonen. Hierbij is het belangrijk dat je zelfs de kleinste taken als doelen ziet. Houd de doelen niet alleen bij in je hoofd, maar zet ze ook op papier. Heb je een doel behaald? Zet er dan een vinkje bij. Het geeft namelijk een heel fijn gevoel wanneer je iets kan afstrepen.
5. Verdeel grote taken in stukjes
Grote taken kosten veel tijd en daarom worden ze vaak uitgesteld. Deel daarom, indien mogelijk, grote taken op in kleinere taken. Op die manier hoef je je niet slecht te voelen om al de dingen die je die dag niet kan doen, en denk je na over de dingen die je wél kan doen. Is het echt tijd om je huis eens flink op te ruimen? Begin dan bij één ruimte, bijvoorbeeld de woonkamer, en ruim de andere kamers in huis een andere keer op. Je kan trouwens ook één kast of lade per keer opruimen als je geen energie hebt om meteen de hele kamer aan te pakken.
6. Neem regelmatig pauze
Als je goed bezig bent is het verleidelijk om aan één stuk door te werken. Toch is het belangrijk om regelmatig te pauzeren. Als je lang met dezelfde taak bezig bent, zorgt dit ervoor dat je uiteindelijk uitgeput raakt en dat maakt uitstelgedrag onvermijdelijk. Blijf niet de hele tijd achter je bureau zitten, maar strek regelmatig je benen en ga even iets anders doen.
